donderdag 9 april 2009

Met de bus mee

Wat is het toch leuk om te reizen met de bus. En spannend ook. Dat begint al meteen als je moet opstappen. Immers: hoe laat zal de bus arriveren bij de halte waar jij je hebt opgesteld? Het accent in deze zin ligt op het woord “laat”. Zal de bus vijf minuten te laat zijn, of tien, of misschien wel een kwartier? Als hij al komt natuurlijk, want soms valt er gewoon een dienst uit en dan moet je wachten op de volgende. Dan wordt het pas echt gezellig, omdat er dan steeds meer mensen komen die straks de bus in moeten.
Nu is de bus natuurlijk niet altijd te laat. Soms is hij te vroeg. Buiten de spitsuren staan er namelijk niet veel mensen bij de haltes, dus kan de chauffeur lekker doorrijden en steeds snellere tijden laten noteren. Dan sta jij daar keurig op tijd bij de halte en dan is de bus al geweest. Als je geluk hebt kun je hem nog net de bocht om zien gaan, dan kun je nog even zwaaien. En vervolgens mag je wachten op de volgende bus, die vooral ’s avonds pas een half uur later komt. Voor zover de dienstregeling nog klopt. Als die er al hangt.

Wat is het toch leuk om te reizen met de bus. Als je er eenmaal in bent geslaagd om in te stappen, kom je terecht in een vrolijk gezelschap. Veel moeders met kinderwagens en wandelwagens, die tegenwoordig steeds meer op pantservoertuigen beginnen te lijken, zo groot als ze zijn, en zo hard als je ermee in aanraking komt. Met een beetje geluk begint er toch minstens één kind te huilen. Of slijm op te geven. Ook leuk zijn de moeders die met hun dochters naar de stad gaan, en die mij doen denken aan een reclamefilmpje van vroeger waarin een bepaald merk margarine aan de man werd gebracht. Of eigenlijk aan de vrouw. Een moeder, die nauwelijks te onderscheiden was van haar veel jongere dochter, gebruikte dan net als zij dat merk margarine, onder het motto zo slank zijn als je dochter. Nou, zulke moeders en dochters bedoel ik dus, maar dan in de roombotervariant.
Een leuke groep medereizigers zijn voorts de schoolmeisjes van rond de zestien (?) die verwikkeld zijn in gesprekken die je eigenlijk niet wilt horen. Maar je hebt niets te willen. En zo wordt je op de hoogte gesteld van het verdriet dat Esmeralda is aangedaan door haar vriend Wesley die een avond is vreemd gegaan met Kim, de vriendin van zijn broer Lesley die op datzelfde moment iets schijnt te hebben gehad met Bianca, waarvan Deborah (spreek uit als Debôôôra) op de hoogte was en die heeft het weer doorverteld aan Quasimodo, die een oogje heeft op Esmeralda. Verder bevinden zich in de bus vooral veel ouderen van zowel het mannelijk als het vrouwelijk geslacht, voor wie deodorant tot dezelfde categorie producten behoort als aquariumzand, fijnkorrelig schuurpapier en zeevishengels. Producten die je niet dagelijks gebruikt.

Wat is het toch leuk om te reizen met de bus. Voor de zomervakantie heb ik een busreis geboekt naar Italië, waarbij dat hele land in twee weken zal worden doorgejakkerd. Op de mooiste plekjes zal worden gestopt. En dan hup-hup-hup de bus uit, foto maken en de bus weer in. Onderweg vertelt de reisleider allerlei wetenswaardigheden. ’s Avonds word je overhoord. Waarschijnlijk gaan we ook zingen in de bus, en spelletjes doen zoals: ik zie, ik zie wat jij niet ziet en het is grijs, of kaal. Er gaan namelijk ook weer veel ouderen mee. In verband met reisziekte en incontinentie wordt er onderweg extra vaak gestopt. Maar we zingen vrolijk door. En we gaan nog niet naar huis, nog lange niet, nog lange niet.
En dan schrik ik wakker. Blijkt het allemaal een boze droom te zijn geweest. Niks geen zomervakantie, geen twee weken Italië, geen bejaarde medereizigers, geen gezang, gezeik en gekots. Ik lig gewoon thuis in mijn eigen bed. Maar ik moet nu wel gaan opstaan, want het is al laat en anders mis ik de bus nog.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten