dinsdag 31 maart 2009

Een heel jaar feest

Ceterum censeo Carthaginem delendam esse. Dat waren de woorden waarmee Cato de Oudere zijn redevoeringen besloot, ongeacht waarover hij had gesproken. Voor de niet-Latinisten onder ons, dat betekent: “Overigens ben ik van mening dat Carthago vernietigd moet worden”. Voor de Latinisten betekent het trouwens hetzelfde. Uiteindelijk heeft Cato zijn zin gekregen en is Carthago met de grond gelijk gemaakt. Zelden zal een cultuur grondiger zijn verwoest dan die van de Carthagers. In ’40-’45 hadden ze het niet beter kunnen doen.
Nog maar net terug van een reis naar Zuid-Afrika, gaat burgemeester Vreeman binnenkort alweer op reis naar Tunesië. Zeker in tijden van crisis en recessie wekt dit soort ‘dienstreizen’ altijd de nodige ergernis, nog niet eens zozeer bij ingezetenen als wel bij leden van de gemeenteraad die zelf niet mee mogen. De achterblijvers vragen zich openlijk af, wat de burgermeester van Tilburg in Tunesië gaat doen. Men beweert dat hij daar een bezoek aan Carthago gaat brengen.
De kersverse wethouder Ton Horn zal Vreeman op zijn reis vergezellen, en het verhaal wordt nog droeviger, want ook “een Brabantse cultuurdelegatie” maakt deel uit van het reisgezelschap. Wat gaan die in hemelsnaam in Carthago doen? Waar gaan ze naar kijken? Naar die paar stenen die nog overeind staan? Ik was enige tijd terug zelf in Carthago – in het kader van een dienstreis ter voorbereiding van de Romeinse Pub Quiz – en ik kan u verzekeren: dat wat er nog van deze stad over is, kan in een middagje worden bezocht. Inclusief rustpauzes, plaspauzes en het zoeken naar een verloren geraakte zonnebril.
De boosheid van de gemeenteraad richt zich intussen vooral op de nieuwe wethouder Ton Horn. Deze heeft eigenlijk helemaal geen tijd voor een verblijf in het buitenland aangezien hij zich nog aan het inwerken is. En bovendien is hij maar voor één jaar benoemd, dus dan is zo’n reis helemaal misplaatst. Dat is ordinair misbruik maken van gemeenschapsgeld voor eigen gerief! Ik weet het niet. Volgens mij heeft de éénjarige wethouder gewoon de slogan verkeerd begrepen waarmee Tilburg zijn tweehonderdjarig bestaan als stad propageert: Tilburg 200 – Een heel jaar feest.

donderdag 26 maart 2009

Alle wegen leiden naar de kroeg

We gaan er even uit voor de reclame...

Houd je van geschiedenis? Van echt oude geschiedenis? Van heel erg lang geleden? Toen er nog geen SMS was, geen MSN, geen BBQ – maar wel SPQR.

MAANDAG 27 APRIL is het weer zo ver... Dan wordt alweer de derde editie van de ROMAN PUB QUIZ gehouden – de quiz die inmiddels een groeiende populariteit onder studenten geniet. Vorig jaar deden maar liefst zestien teams mee! Of veertien, dat kan ook. In elk geval meer dan tien. Dacht ik. Een quiz ter leringe ende vermaak, waarbij deze keer niet alleen Rome (een plaats in Italië) in de spotlights zal staan, maar de schijnwerpers ook op andere landen uit de klassieke oudheid zullen worden gericht.

De vragen zijn makkelijker geworden, de prijzen zijn mooier geworden, de gezelligheid is hetzelfde gebleven. De presentator ook.

De inschrijving voor deze quiz zal eerdaags worden geopend (eerdaags betekent ‘een van deze dagen’, ‘binnenkort’; met andere woorden, ik weet niet wanneer). Je kunt je inschrijven in teams van vier personen. Als je niet zoveel vrienden hebt, drie personen is ook goed, desnoods twee. Je kunt ook mensen uit je naaste omgeving lid maken van jouw team, zoals je vader, je moeder, je vroegere leraar geschiedenis, je handarbeidleraar of je overbuurmeisje.

Er zijn tal van mooie prijzen te winnen, waaronder een EXCLUSIEVE REIS NAAR ROME! Een zéér exclusieve reis, mag ik wel zeggen. Exclusief vervoer, exclusief hotelaccomodatie, exclusief maaltijden, exclusief toegangsprijzen, exclusief drankjes – en nog veel meer exclusief!

maandag 23 maart 2009

Bozo de Begrafenisclown

Op de Radboud Universiteit van Nijmegen wordt woensdag een symposium gehouden met als titel Veranderde rituelen rondom de dood. Een van de organisatoren van deze bijeenkomst is nog niet zo lang geleden gepromoveerd tot doctor op een proefschrift over uitvaartrituelen. In een interview zegt deze Dr. Death dat hij de begeleiding van stervenden als een grote uitdaging beschouwt omdat deze mensen in een crisissituatie zitten. Van dat laatste had ik al zo’n vermoeden.
Deze crisis kan evenwel op een eenvoudige wijze worden opgelost. Je kunt bijvoorbeeld de oude vertrouwde koffiekan bij de stervende op het nachtkastje zetten, aldus de jonge doodsdoctor. Inderdaad, koffie werkt rustgevend. En een koffieapparaat dus blijkbaar ook. Of een Senseo. Of een Nespresso. What else.
Die koffiekan blijkt vervolgens ook een rol te kunnen gaan spelen bij de uitvaart die op het overlijden volgt. Ik vraag me af wat voor rol dat kan zijn. Mijn koffiezetapparaat bijvoorbeeld heeft maar een maximum van tien kopjes. Maar misschien kunnen enkele van de genodigden thermoskannen meenemen van huis, dat scheelt toch weer.

Tijdens de uitvaart kan voorts gebruik worden gemaakt van de diensten van een ‘rouwclown’. Deze kan de nabestaanden helpen ‘het verdriet los te maken’. Bozo de Begrafenisclown. Alsof een begrafenis al niet triest genoeg is. Je zou zo’n clown toch een doodschop geven. Je hoort het Ben Cramer al zingen: “Hij was maar een clown, in het wit en het rood; hij was maar een clown, maar nu is hij dood”. Of is deze zanger van het levenslied inmiddels zelf al dood? Volgens mij leeft hij nog, maar ik weet het niet zeker en Ben waarschijnlijk ook niet.
Zou die rouwclown eigenlijk speciaal worden opgeleid om mensen aan het huilen te maken? Dat daar een soort masteropleiding voor is aan de universiteit van Nijmegen. Of is het een gewone clown die de dag daarna weer moet optreden op een braderie of een kinderfeestje? Om daar de mensen ook weer te laten huilen, maar dan van het lachen. In dit laatste geval zal er wel snel een Hulplijn voor depressieve clowns komen, omdat zij het doodgewoon niet meer zien zitten, al die begrafenissen, of een burn out hebben van al die crematies. Wie zou er opnemen als je die Hulplijn zou bellen? Bassie?

Het zal je beroep maar wezen. Rouwclown. Om je dood te lachen!

donderdag 19 maart 2009

Concertagenda

Jammer dat ik vanavond college moet geven, anders was ik zeker naar Amsterdam gegaan, naar Paradiso. Daar treedt Grace Jones op ter gelegenheid van haar zestigste verjaardag, een lustrum, want zij viert deze verjaardag voor de vijfde keer. Muziek uit de oude doos. Of eigenlijk, uit een oude doos, want ook Tina Turner heeft Huize Zonnewende verlaten om weer te gaan optreden. Tina wordt dit jaar zeventig en op zaterdag en zondag geeft zij concerten in het Gelredome als onderdeel van haar Tena Lady World Tour 2009.
Verder heeft de Heineken Music Hall de bijna 68-jarige Bob Dylan geboekt. Bob heeft nog niet zo lang geleden zijn fans gevraagd of zij hem konden uitleggen waar sommige van zijn songteksten ook alweer over gaan. Dit als voorbereiding op zijn Dementia 2009 Concert Tour. Ook de Rolling Stones schijnen weer op tournee te gaan. Zij zijn thans in onderhandeling met een bekend frisdrankmerk dat hun concerten moet gaan sponsoren. The Stones will be powered by coke. En het laatste nieuws is dat ook The Beatles weer gaan optreden...




maandag 16 maart 2009

De nieuwe broek

Ik ben zaterdag een nieuwe spijkerbroek gaan kopen. Voor je het weet is zo’n week alweer voorbij, nietwaar. Nadat ik een van de lokale kledingzaken was binnengelopen, werd ik aanstonds aangesproken door een leuke verkoopster. Of zij mij kon helpen, of dat ik gewoon even wilde rondkijken? Ik koos voor het laatste omdat ik anders weer allerlei moeilijke vragen moest beantwoorden. Zoals welke maat ik heb. Volgens mij heb ik helemaal geen maat, althans geen bestaande. Ook die labels in die broeken snap ik nooit, ook niet als zij me worden uitgelegd door een leuke verkoopster. Ik pas gewoon een stuk of vijftig broeken en dan zit er altijd wel een bij die min of meer past.
Zo ook deze keer. Tegen sluitingstijd had ik een best wel leuk model gevonden, een beetje een baggy broek, die zo laag hangt. Maar dat kan natuurlijk ook komen omdat ik geen heupen heb. Toen ik wilde afrekenen was de leuke verkoopster net bezig negenenveertig spijkerbroeken op te vouwen; ze riep mij toe dat zij er zo aankwam. Dat hoeft helemaal niet, stelde ik haar gerust. Hoezo niet, wilde zij weten. U hoeft er niet aan te komen, verduidelijkte ik, maar ik wil wel graag met u afrekenen. Nou, anders ik wel met u, was haar antwoord. Jawel, ook de leuke verkoopster was een snedig type.
Ik haalde mijn pinpas door het apparaat. Ik haalde nogmaals mijn pinpas door het apparaat, maar deze keer met de magneetstrip aan de goede kant. Ik toetste mijn code in, de leuke verkoopster pakte mijn broek in, ik keek haar afwachtend aan, zij mij vervolgens ook. Toen vroeg ik haar naar mijn geschenk. Welk geschenk, wilde de leuke verkoopster weten. Nou dat broekje, van die schrijver, dat je altijd gratis krijgt als je een bepaald bedrag besteedt... Bleek ik het allemaal weer verkeerd te hebben begrepen. Het was helemaal geen Broekenweek.

vrijdag 13 maart 2009

Class of 1984

Toen ik gisteren mijn avondcollege wilde gaan geven en ik mij met een bekertje koffie naar mijn lokaal begaf, werd mij daar de toegang ontzegd door een struise dame van de campuspolitie. De capo maakte mij duidelijk dat eten en drinken in dit lokaal ten strengste verboden was. Helemaal vergeten dat ik mij in het Warandegebouw bevond, waar de schoonmaakcampagne inmiddels zijn tweede week was ingegaan. Ik heb het eerste deel van het college toen maar vanuit de deuropening van mijn lokaal gegeven.
Het lege koffiebekertje heb ik in de grote groene glimmende afvalbak gedeponeerd. Waarvoor is die bak eigenlijk bestemd, als je hier toch niet mag eten en drinken? Van alle kanten wordt dit laatste aan de bezoekers duidelijk gemaakt. Borden aan de muur, stickers op de rugleuningen van de stoelen, overal dat verbodsbordje – een verkeersbordachtig symbooltje zodat het ook voor studenten die niet kunnen lezen duidelijk is dat ze hier niet mogen eten en drinken. Ik waande mij in een verhaal van George Orwell, Class of 1984.
Flesjes water mag je overigens weer wel mee naar binnen nemen. Tegen de uitdroging waarschijnlijk. Zeker bij saaie en droge colleges bestaat dat gevaar. Zou dan ook zoiets als Spa & Fruit zijn toegestaan? Of lijkt dat te veel op limonade? En Chrystal Clear sparkling lemon, mag dat? En een gewoon flesje water waaraan iets is toegevoegd, zoals ranja, of wodka?

Ik heb eens een meisje in een van mijn groepen gehad, dat tijdens het college broodjes zat te smeren. Kleine kuipjes halvarine (zij deed aan de lijn), kleine pakjes hagelslag, fruithagel, kuipjes jam – zij had het allemaal bij zich. Ik vond dat wel een gezellig gezicht. Na afloop van het college gooide het meisje de lege kuipjes en pakjes netjes weg en veegde de kruimels van haar tafeltje. Nee, niet op de grond, gewoon in haar hand en daarna in de prullenbak.
Is dit nu niet juist waar het allemaal om gaat? Dat studenten, en ook docenten, hun rommel achter zich opruimen? Zou dit laatste nu echt bevorderd worden door al die verbodsborden en stickers en controlerende capo’s? Of juist niet? Kun je studenten er niet gewoon op aanspreken dat ze hun rotzooi moeten opruimen? Omdat ze anders de volgende keer het college niet meer in komen?
Zolang ze na afloop de troep maar opruimen mogen studenten tijdens mijn colleges zo veel eten en drinken als ze willen. Dat stoort mij helemaal niet. Integendeel, etende studenten hebben als voordeel dat zij niet kunnen gaan zitten kletsen. Je mag namelijk niet met volle mond praten. Je kunt hooguit even vragen of iemand de boter wil doorgeven.

Natuurlijk zijn er ook bij mij grenzen. Tosti-ijzers en broodroosters zijn niet toegestaan. Anders komt er zo’n zware lucht in de collegezaal te hangen.

Excuses

De redactie van Univers heeft mij bij monde van een van haar redacteuren laten weten dat er “enkele taalfouten” in mijn stukje over de taaltoets zitten. Ik wil de lezers hiervoor mijn excuses aanbieden. Ik zal er in het vervolg op letten dat dit niet meer gebeurd.

woensdag 11 maart 2009

Legal Dutch

Vorige week bereiktte mij een mailtje van Kluwer, waarin reclame werd gemaakt voor een taaltoets voor studenten. Kluwer heeft namelijk het online taalprogramma Universiteitstaal ontwikkelt, waarmee het taalniveau van studenten kan worden gecontroleerd. Zodat je als docent onmiddelijk inzicht hebt in de mate waarin je studenten de nederlandse taal beheersen, aldus Kluwer. Zo’n programma lijkt mij enigszins overbodig. Je hoeft maar een rondje tentamens van eerstejaarsstudenten na te kijken en je weet voldoende. Het taalniveau is ver onder pijl.

Dit jaar was het taalgebruik van de eerstejaars bij een van onze tentamens nog slechter als het jaar daarvoor. Voor de goede orde: slechter als is tegenwoordig een correcte uitdrukking. Volgens het woordeboek is slechter als slechter als slechter dan, maar het mag. Terug nu naar die tentamens. Wat een toestand. Het lijkt wel of er maar wat op los geschreven word. Maar nu is daar dus Kluwer die dat programma heeft ontwikkelt. Daarmee kan niet alleen het aanwezige taalniveau van de studenten worden vastgestelt, maar kan dat niveau vervolgens ook via zelfstudietrajecten worden verbetert.

Het kost wel erg duur, dat programma. En ook komt het een beetje als mostert na de maaltijd, aangezien nu juist het Engels de voertaal van de universitaire gemeenschap aan het worden is. Niets voor niets is op de FRW aan het bestaande pakket vaardigheidstrainingen (het schrijven van een werkstuk, het houden van een referaat, het bezoeken van de biblioteek en het bedienen van koffie- en snoepautomaten) een vaardigheidstraining Legal English toegevoegt. Maar misschien kunnen we, speciaal voor al die eerstejaars, deze training beter laten voorafgaan door een cursus Legal Dutch.

maandag 9 maart 2009

Filosoftie

Afgelopen vrijdag was het dan zover: de finale van De Nieuwe Uri Geller Show! Omdat ik op vrijdagavond graag naar onnozele programma’s kijk, besloot ik dan ook op SBS6 af te stemmen. Het programma werd gepresenteerd door Dooske en dat zegt eigenlijk al genoeg. Voor alle zekerheid was echter ook Patty Brard ingehuurd om het kijkerspubliek duidelijk te maken dat het allemaal volslagen nep was. Zo overdreven en ongeloofwaardig als La Brard acteert, kunnen er maar weinig. In de jaren vijftig vormde Patty samen met Marga en José het in Nederland wereldberoemde damestrio Luv. Hoewel die tijden reeds lang achter ons liggen, waren om onduidelijke redenen op zeker moment alledrie de dames bij een act van een van de finalisten betrokken. Een groot deel ging gelukkig aan me voorbij omdat ik niet over breedbeeldtelevisie beschik, maar de geloofwaardigheid van de act daalde toen tot ver onder het nulpunt. Ik ben me gaan verschonen en hield het verder voor gezien.

Was dit nu het programma waarvoor in de krant was gewaarschuwd door een tweetal filosofen, van wie er één is verbonden aan de UvT? In het desbetreffende artikel schrijven de heren (ik zal geen namen noemen omwille van de nabestaanden) dat kinderen van rond de dertien niet zouden inzien dat de acts in Uri’s show “niet echt” zijn. Ik wist niet dat die kinderen zo laat mochten opblijven, maar goed.
Even later blijkt het gevaar echter een veel grotere groep kijkers te bedreigen, als de heren filosofen melden dat niet alleen kinderen maar ook tieners en jong volwassenen niet snel doorhebben dat een programma zoals dat van SBS6 een grote toneelvoorstelling is. Er gaat buitensporig veel tijd zitten om deze groep jonge mensen daarvan te overtuigen. Gehoopt mag worden dat ouders en onderwijzers zich niettemin vol overgave op deze nobele taak zullen storten.
Maar gelukkig staan de ouders en onderwijzers er niet alleen voor! Want zij krijgen hulp van.... SuperSoof! De redding van de wereld is nabij, zolang de mensheid maar het nut inziet van filosofie als structureel vak op middelbare scholen, zo blijkt. Door middel van richtinggevende leerstof zouden scholieren – en even later ineens ook al studenten – kunnen leren inzien dat al dat paranormale gedoe op tv alleen maar illusie is. De filosofen zullen ons helpen.

Ik heb niets tegen filosofie. En ook niets tegen filosofen. Ik ken zelfs enkele leden van dit gilde die ik zeer waardeer. Maar gaat het allemaal niet wat ver, wat dat droeve duo in de krant beweert? Zouden kinderen van nu, om maar te zwijgen van tieners en jong volwassenen, echt zo’n moeite hebben met een mentalistenshow als die van Uri Geller? En ligt er dan niet een heel eenvoudige oplossing voor de hand? Gewoon overschakelen naar een andere zender.
Hoewel, dan heb je natuurlijk wel kans dat je bijvoorbeeld terecht komt in een science fiction of een fantasy film. Moet je dan gaan uitleggen dat al die vreemd uitziende aliens niet echt zijn? En dat Darth Vader gewoon een heel aardige man is met aanleg voor astma? En moet je er ook niet even op wijzen dat Harry Potter niet op een bezemsteel kan vliegen, omdat hij daar te zwaar voor is? En dat orks helemaal geen hobbits opeten, dat ze die niet eens lusten?
Of stel dat je overschakelt naar een actiefilm, bijvoorbeeld met Steven Seagal, waarin je de botten zo mooi kunt horen kraken. Ga je dan uitleggen dat Steven die mensen niet echt in elkaar mept? Dat hij in wezen een vriendelijke man is die nog geen bloem kwaad doet omdat hij boeddhist is. En dat hij daarom ook alleen maar met losse flodders schiet. En dat zijn tegenstanders allemaal een goede ziektekostenverzekering hebben.

Als je daar aan moet beginnen, dan kun je de tv net zo goed uitzetten. Misschien is dat wel een idee, heren filosofen, gewoon uitzetten dat ding. Ik weet dat dit wel erg ver gaat, het is tenslotte vrijdagavond, maar probeer het eens. En laat de kinderen, de tieners en de jong volwassenen bijvoorbeeld eens een boek lezen. Jawel, een boek, gewoon doen! Deze week begint de boekenweek, dus dat is een mooie aanleiding. Boeken over dieren staan dit keer centraal, dat is lekker onschuldig, lijkt me. Wat vinden jullie van deze oplossing, heren? Natuurlijk wel even uitleggen dat Bolleke de Beer niet echt kan praten. Niet vergeten hoor!

donderdag 5 maart 2009

En er was licht...

Vorige week vrijdag werd het dan eindelijk bekend gemaakt. Aan weken van spanning en onzekerheid kwam een einde. De datum waarop in Tilburg de Week van de Fiets van start gaat, is 26 april. Dat is een zondag, houdt u hem vast vrij, want er vindt die dag een fietsbelconcert plaats. Ook de verdere week staat bol van de evenementen. Zo komt er een Wall of Frame bestaande uit fietsonderdelen, die bedoeld is als sculptuur. En een opstapdag voor speciale fietsen, zoals de ligfiets en de bakfiets, en bij slecht weer ook de waterfiets. Bedoeling is wel dat de bezoekers op de fiets komen. En dus controleerde ik nog diezelfde dag mijn rijwiel.

De conditie van dat rijwiel bleek minder gebrekkig te zijn dan die van zijn berijder. Alleen het lichtje van de voorlamp was kapot. Of het lampje van het voorlicht, dat kan ook. Hoe hard ik ook draaide, trok en vloekte, ik kreeg de lamp niet open. Normaal gesproken zou ik in een geval als dit de boel dan maar bewust de vernieling in hebben gedraaid. Zelfbeheersing is op zo’n moment niet mijn sterkste kant. Nu wist ik me echter in te houden en ik besloot naar de fietsenmaker te gaan. Het was vrijdag, vijf uur in de middag. De jongste bediende van de fietsenwinkel tevens rijwielreparatie kreeg de voorlamp ook niet open, hoe lang hij er ook naar keek. En dus moest mijn tweewieler “in reparatie” worden genomen. Hij zou de dag daarna klaar zijn.

De dag daarna, zaterdag rond een uur of vier, meld ik mij in de fietsenwinkel. Er is slechts één andere klant, die door de vrouw van de eigenaar terzijde wordt gestaan bij het bekijken van alle aanwezige rijwielen. Ik meld mij bij de jongste bediende voor mijn fiets – de fiets van Broers, met dat kapotte voorlampje. Hij kijkt mij aan, hangend aan de toonbank, hij herkent mij. Nee, ze zijn nog niet aan mijn fiets toegekomen, dat wordt maandag. Niet aan toegekomen? Aan het vervangen van een lampje? Ik zeg dit natuurlijk niet, want het is de enige fietsenmaker in de buurt, dus ik lach de jongen vriendelijk toe. Prettig weekend, mijnheer.

Als ik op maandag tegen sluitingstijd opnieuw het pand betreed, tref ik het. De eigenaar zelf is aanwezig, leunend op de toonbank, in een verder lege winkel. De fiets van Broers zegt u? Ja, die zou vandaag klaar zijn, die met dat voorlampje dat het niet meer deed. De eigenaar kijkt mij onbewogen aan. Dat kan helemaal niet, mijnheer, op maandag verrichten wij nooit reparaties. Reparaties? Reparaties? Het gaat om het vervangen van een fietslampje... Maar ik mag morgen terugkomen van de eigenaar, dan is de fiets zeker klaar.

En inderdaad, als ik dinsdag rond de klok van vijf de mij inmiddels zo vertrouwde winkel binnenstap, is de fiets klaar. De eigenaar blijkt hem zelf te hebben gerepareerd. Hij heeft niet alleen het kapotte voorlampje vervangen, maar ook het batterijtje van het achterlicht vernieuwd omdat dat slijtage vertoonde. Wat een service toch, hartverwarmend. Ook van de rekening krijg ik het warm – voorlampje 1 euro, bijdrage verwijderingskosten 1 euro, batterij 1 euro, en arbeidsloon 22 euro. Maar wat kan mij het allemaal schelen, ik heb mijn fiets terug! En zo fiets ik naar huis, opgelucht en verlicht, van voren en van achteren. Thuis aangekomen krijg ik het achterlicht niet meer uit. Het brandt nu nog.

maandag 2 maart 2009

Wil jij geen schone campus?

“Campagne tegen troep in collegezalen”, kopte het Univers van 19 februari. Ik dacht even dat het ging om de kwaliteit van het aangeboden onderwijs, maar nee, het betrof de rommel die studenten achterlaten in de collegezalen. In de maand maart zal daarom campagne worden gevoerd om dan tenminste één gebouw vrij van etensresten, drinkensresten en andere resten te houden.

Het vorige initiatief van de campagnevoerders had helaas niet tot het gewenste resultaat gevoerd. En het was nog wel zo’n aardig initiatief. Achterliggende gedachte was dat studenten best wel bereid waren om rommel op te ruimen. Dit was op zich al een heel orginele en positieve gedachte. Maar het werd nog leuker. Deze studenten zouden namelijk minder snel geneigd zijn deze rotzooi op te ruimen als er – zoals nu – een verbod was om in de collegezalen te eten en te drinken. Dan worden ze blijkbaar een beetje dwars, dat kun je hebben met studenten. En dus, om dat te voorkomen, moest het verbod worden opgeheven!
Kijk, dat vind ik nou nog eens een aardige benaderingswijze. Zo zou je ook de strafbaarstelling van moord en doodslag kunnen opheffen om zo het aantal zware geweldsdelicten te verminderen. Mensen zijn immers best bereid om elkaar niet de hersens in te slaan, al was het alleen maar om de troep die dat geeft. En dat rookverbod zou dan helemaal moeten worden afgeschaft, zeker op de campus, die daardoor tevens een stuk schoner zal worden. Maar helaas, dit alles heeft niet mogen zijn. En dus wordt er nog steeds gemoord, gerookt en rotzooi gemaakt.

Niet getreurd echter want nu is er een nieuw initiatief, een nieuw plan van aanpak, volledig geconcentreerd op één enkel gebouw, het Warandegebouw. Als dat schoon is, zullen een voor een de andere gebouwen aan de beurt komen. Om de voorjaarsschoonmaak van gebouw W op te starten komt er een heuse campagne om de niet onwelwillende studenten te prikkelen. Met een echte slogan: Wil jij geen schone campus? En er komen anti-rommelmaatregelen. En opvallende afvalbakken. En posters. En stickers die worden uitgedeeld. Stickers? Waar zouden de studenten die nou op gaan plakken...