Wat beleven we toch een gezegend jaar wat betreft de Nederlandse cultuur. Dit jaar bereiken diverse eerbiedwaardige vertegenwoordigers der vaderlandse literatuur een zeer memorabele leeftijd, ja zelfs een heus kroonjaar. Zo wordt Gerrit Komrij dit jaar vijfenzestig, en Cees Nooteboom zelfs zeventig. Voor de jongere lezers van deze rubriek: Gerrit en Cees zijn auteurs, schrijvers dus, schrijvers van boeken die door eerstejaars studenten dikwijls worden aangeduid als “leesboeken”. Door ouderejaars trouwens ook. Dit ter onderscheiding van zogenoemde “schoolboeken”, die natuurlijk niet worden gelezen.
Gerrits verjaardag hebben we net achter de rug (30 maart), maar die van Cees moet nog komen (31 juli). Laat ik me daar dan maar op richten, besloot ik, en ik begaf mij naar de bescheiden bibliotheek die ik er als intellectueel op nahoud. Onder mijn boeken – die ik in de loop der jaren met de mij kenmerkende goede smaak heb verzameld – bevindt zich Nootebooms bekendste roman, Rituelen, uit 1980. Uiteraard in een fraaie gebonden uitgave. Ik besloot het werkje maar eens te lezen, iets waarvoor ik de afgelopen jaren echt geen tijd had gehad.
Toen ik het boek na een uur of anderhalf uit had, vond ik het nodig om nog even wat nadere informatie over dit letterkundig product op te zoeken. Inderdaad, op Wikipedia. Het bleek dat de roman vertaald is in het Estisch, het Deens en het Hongaars. De respectieve titels zijn me even ontschoten. Het werk is duidelijk een filosofische roman, die gerekend kan worden tot het existentialisme, waarin de mens gedoemd is – ja, gedoemd – om zelf inhoud te geven aan zijn zinloze bestaan, aangezien er geen transcedente god is die, verheven boven zijn eigen schepping, dat voor hem doet. Slechts door middel van rituelen kan de in chaos rondtastende mens zijn verwarring en angst bezweren. Door de schrijver worden in dit verband – zoals men eigenlijk wel kan verwachten – parallellen aangegeven tussen de rituelen van de katholieke eredienst en die van de Japanse theeceremonie.
Wat alleraardigst om te weten. Existentialistische filosofie. Geen transcedent godsbeeld. Japanse theeceremonie. Chaos, verwarring en angst. Dat dat allemaal in één enkel boek zit, een boek dat bovendien niet eens zo heel erg dik is. En dat dan ook nog een keer – als men zulks wenst – in het Estisch, het Deens of het Hongaars. Toe maar. Wie had dat nou toch gedacht? Wie had dat ook maar kunnen vermoeden? Ik vond het gewoon een saai boek.
Chicken
-
A missing ‘t’.
I joined the kip
on the slab.
I did pull-ups
on the wish bone.
As the vlees
slid off, I fell in love
with my own face,
ook ook ook.
The breas...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten